
Azteken
inhoud
-goden
-het dagelijkse leven
-taal/communiceren
-ziektes/medicijnen-leefomgeving
-voedsel
-vervoermiddelen
-kleding
-school
-opvoeding
-dans en muziek
Goden
Azteken hadden heel erg veel goden. Dit zijn de belangrijkste goden:
Quetzalcoatl, de god van de schepping en de kennis.
Xipe Totec, de god van de lente.
Chantico, de godin van de haard.
Tlaloc, de god van de neerslag.
Chalchiuhtlicue, godin van de rivieren en meren.
Chicomecoatl, godin van de maïs.
Zwarte Tezcatlipoca, de god van de schepping en het noodlot.
Huitzilpochtil, de god van zon, het Azteekse land en de oorlog.
Azteken offerden mensen op aan de goden, omdat ze geloofden dat de goden een mensenhart nodig hadden om de zon op te laten komen. Elke dag werd er iemand geofferd. Het was een eer om geofferd te worden, want na vier jaar kwam je terug op aarde als een kolibrie of vlinder. Als je geofferd werd, sneden ze je hart eruit terwijl je nog leefde! Aan het eind van de winter moesten er ook kinderen worden geofferd want anders kwam er geen lente. Toen de Azteken een keer een grote oorlog hadden gewonnen, werden er wel 4000 mensen geofferd!
Het dagelijkse leven
Azteken woonden meestal in eenvoudige huisjes gemaakt van leem, met houten of rieten daken. De adelen woonden in grote huizen, soms waren die huizen van steen. De Azteken deden veel aan landbouw. Op het Texcocomeer werden drijvende akkers aangelegd. Op hun akkers verbouwden ze onder andere maïs, tomaten en bonen. De Azteken hielden geen dieren zoals geiten, schapen, varkens en koeien. Wel fokten ze honden voor het vlees. Er was veel handel in het Azteekse rijk. Kooplieden handelden in veel verschillende goederen. Er waren geen lastdieren, dus moesten de Azteken alles zelf dragen.
Communiceren
De Azteken communiceerden met tekeningen en hiërogliefen. Azteken maakten papier van de schors van wilde vijgenbomen. Om de vezels los te maken, werd de schors in kalkwater gekweekt. Daarna werden er met gom vellen van gemaakt. Die vellen maakten ze aan elkaar als een harmonica bij een codex(boek).
Ziektes
Azteken hadden middelen tegen diarree, overgeven en zweten. Met die middelen wilden ze de kwade geesten verjagen die de ziektes veroorzaakten. Azteken dachten dat ziektes kwamen door kwade geesten. Een ziekte kon ook een straf van de goden zijn.
Leefomgeving
Azteken leefden in het land Mexico. In de zomer kunnen daar orkanen voorkomen. Er zijn ook hoge gebieden, die meestal hoger dan 500 meter zijn.
Voedsel
Azteken aten vooral maïs, bonen, pompoenen en Spaanse peper. Azteken verbouwden ook hun eigen voedsel zoals avocado’s, tomaten, zoete aardappelen en yucca’s (een yucca is een eetbare cactus.)
Vervoersmiddelen
Azteken namen vaak de benenwagen,
maar ze gebruikten ook bootjes om via de gegraven kanalen
naar de overkant te varen.
Kleding
Bij de Azteken kon je aan de kleren zien of iemand van adel was of niet. Gewone mensen mochten geen dure kleren dragen. Ze droegen meestal simpele kleren zoals een lendendoek. De adelen droegen nette kleding.
School
De jongens gingen als ze 14 waren naar school. Daar leerden ze om een soldaat te worden. Ook de meisjes gingen naar school. Daar leerden ze het huishouden & geneeskunde.
Opvoeding
Baby-kleuter
De Azteken hadden strenge regels die je moest gehoorzamen zodra je geboren was. Baby’s werden opgevoed tot gehoorzame en plichtsgetrouwe kinderen. Als kinderen stout waren werden ze streng gestraft. Eén van de straffen was dat het stoute kind boven een kom kokende Spaanse pepers werd gehouden en de het de prikkelende lucht moest inademen.
Al heel jong leerden kinderen dingen die ze later nodig zouden hebben. Jongentjes van 4 jaar gingen al met hun vader mee op jacht en mee met vissen. Meisjes hielpen hun moeders met weven, schoonmaken en koken enz.
Puber-volwassene
Kinderen tussen de 10 en 20 jaar gingen naar school. Er waren 2 soorten scholen: de telpochcalli die was voor kinderen uit gewone families. En de calmecac die was voor kinderen van adel. Op die scholen kregen ze les in: dansen, zingen, recht en geschiedenis. Jongens werden opgeleid tot krijgers en meisjes kregen les over het klooster tot ze gingen huwen. Op de calmecac leerden kinderen een beroep zoals: priester, legerleider of staatsambtenaar. De regels waren erg streng. De leerlingen moesten er bidden, vasten en hun bloed offeren door met een doorn in hun oren of benen te prikken.
Dans & muziek
Azteken maakten en zongen liedjes om hun goden te eren. Voor Azteken was muziek erg belangrijk. Ze hadden muziekscholen en op school kregen kinderen muziek en dansles. Leraren leerden kinderen op een trommel spelen. De Azteken maakten en kenden al best wat verschillende instrumenten zoals ratels, trommels, fluiten, trompetten en raspen. Trommels werden gemaakt van hertenhuiden en boomstronken.
Bronnen: Vroegerennu-hethunebednieuwscafè.nl, Wikikids, Hetazteekserijk-kunstencultuur.nl
Cultuur-deazteken.nl, Hetdagelijkslevenvandeazteken.nl
Door Kyra & Sylvie.


